Kopafbeelding

Google                                                                 
Stuur een mail naar de Begeleidingsdienst voor Vrijescholen: P. van Meurs
Stel een vraag
Referentieniveaus notatie:

meten en meetkunde

A Notatie, taal en betekenis
Maten voor lengte, oppervlakte, inhoud en gewicht, temperatuur,Tijd en geld,Meetinstrumenten,Schrijfwijze en betekenis van meetkundige symbolen en relaties

1-fundament

Toelichting en voorbeelden bij 1-fundament

Toelichting en voorbeelden bij 1-streef

Functioneel gebruiken

Functioneel gebruiken

Functioneel gebruiken

 

 

  • 13Eenvoudige routebeschrijving (linksaf, rechtsaf)

Kunnen hanteren van richting aanwijzingen als linksaf, rechtsaf, rechtdoor, naar/in het noorden, oosten, zuiden, westen, zowel bij het beschrijven als bij het volgen van een richting of route.

  • Je bent vanmorgen van huis naar school gegaan. Vertel eens hoe je bent gelopen.
  • Kijk in de atlas en zoek een kaart van je eigen provincie. Welke stad ligt helemaal in het noorden van jouw provincie? Als je naar het westen rijdt, welke stad kom je dan als eerste tegen?

Kunnen hanteren van richting aanwijzingen als linksaf, rechtsaf, rechtdoor, naar/in het noorden, oosten, zuiden, westen, zowel bij het beschrijven als bij het volgen van een richting of route.

  • Aan de hand van de kaart van Nederland worden de begrippen noord, oost, zuid west besproken. Ook wordt het conflict besproken, dat als je buiten staat, het noorden steeds op dezelfde plaats blijft, als je zelf draait: noord is dus niet altijd waar jouw neus naartoe staat.
  • Een toerist vraagt je de weg te wijzen van de school naar de schouwburg in de stad. Vertel eens hoe hij moet lopen.

 

  • Routes tekenen en beschrijven. (Uit: Wizwijs)
    Beschrijving: MK_WW_5b04

 

  • Kijk op de kaart van de stad Amsterdam (zie internet). Beschrijf hoe je van de Dam naar het Station kunt lopen. Gebruik de woorden links en rechts, maar let erop dat je het beschrijft vanuit de persoon die daar loopt.
    Beschrijving: amsterdam_map_big